Een dynamic-link library (DLL) is een bestand met programmacode en/of gegevens dat kan worden gebruikt door applicaties of door andere bibliotheken en modules. U kunt echter wel verwijzen naar een DLL met SOAP webservices in Studio. Om veiligheidsredenen kunt u een DLL niet rechtstreeks uploaden in Studio.
Voordat een proxy-DLL kan worden gebruikt in CXone, moet deze worden geautoriseerd. Neem contact op met uw CXone-accountmanager voor hulp bij het autoriseren van het bestand nadat u het importeert.
- Studio Uitvoeren als een beheerder.
- Klik in het tabblad Bibliotheek van Studio op het Import Web Service pictogram
om het venster Webservice importeren te openen. - Typ het volledige adres van het WSDL-bestand in het veld URL in en klik op Start. Het veld Namespace wordt automatisch ingevuld met de naamruimte die gekoppeld is aan het bestand dat u selecteert. U hoeft dit niet te wijzigen. De naamruimte mag nooit DLL zijn.
- Klik op OK.
- Selecteer in het venster Save File As, de locatie waar u de Proxy DLL wilt opslaan nadat deze is gegenereerd en klik op Save. Selecteer altijd de hoofdmap van de bestandsserver. Gebruik altijd een unieke bestandsnaam voor een DLL. Als u de naam van een bestaande DLL gebruikt, overschrijft deze het bestaande bestand en dat bestand zal niet langer werken.
- U kunt de nieuwe Proxy DLL als optie weergeven wanneer u op Add Web Service
klikt op het tabblad Bibliotheek klikt.
Afbeelding weergeven 