Oproeponderdrukking configureren

Oproeponderdrukking wordt ondersteund in ACD-skillsGesloten Skills worden gebruikt om de aanlevering van interacties te automatiseren op basis van de vaardigheden, capaciteiten en kennis van de agent voor outbound telefonie, waaronder skills voor Proactive Voice of Proactive SMS en voor handmatige outbound telefonie. De benodigde configuratie voor oproeponderdrukking zijn voor alle ondersteunde ACD-skills hetzelfde.

Voer de onderstaande taken in de aangegeven volgorde uit.

Een script voor oproeponderdrukking maken

Vereiste machtigingen: Skills BewerkenScripts Maken

Het script geeft CXone de opdracht een bepaalde kolom in de oproeplijst te controleren om te bepalen of de interactie eventueel onderdrukt moet worden. In de volgende stap specificeert u de waarde die u wilt onderdrukken in de record voor de oproeponderdrukking. U kunt een eenvoudig script voor oproeponderdrukking maken in CXone (zie de volgende taak), of een complex script in Studio.

  1. Open Studio.
  2. Klik op Bestand > Nieuw. Selecteer Telefoon en klik op OK.
  3. Sleep de acties Begin, Checkcallsup, Permitcall en Suppresscall naar het script. Koppel Begin aan Checkcallsup. Koppel Checkcallsup aan Permitcall als de NotFound-vertakking, en vervolgens aan Suppresscall als de Found-vertakking.
  4. Klik met de rechtermuisknop op Assign. Voer {_phonenum} in als Waarde. Zo laat u het script het telefoonnummer controleren wanneer een agent een oproep start of een bericht verzendt met uw ACD-skill.
  5. Klik op Bestand > Opslaan als. Voer een beschrijvende naam voor het script in en klik op Opslaan.
  6. Ga terug naar CXone.

Het script toewijzen aan de ACD-skill

Vereiste machtigingen: Skills Bewerken

  1. Klik op de app-kiezer en selecteer ACD.

  2. Ga naar Contactinstellingen > ACD-skills.

  3. Klik op de ACD-skill die u wilt bewerken.
  4. Klik op Oproeponderdrukking.
  5. Klik op Bewerken.
  6. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Script het oproeponderdrukkingsscript dat u in Studio hebt gemaakt. Of klik op Nieuw script maken om het eenvoudige CXone-script te gebruiken:
    1. Typ een beschrijvende naam voor het script in Scriptnaam.
    2. Voer bij Veldnaam de exacte naam in van de kolom in de oproeplijst die u als criterium voor de onderdrukking wilt gebruiken.
    3. Klik op Maken.
  7. Klik op Opslaan.

Een record voor oproeponderdrukking invoeren

Vereiste machtigingen: Oproeponderdrukking Maken

Als u meerdere records in één keer massaal wilt uploaden voor oproeponderdrukking, kunt u deze stap overslaan.

  1. Klik op de app-kiezer en selecteerACD.

  2. Ga naar Lijsten > Oproeponderdrukking.

  3. Klik op Nieuwe maken > Eén record.

  4. Typ in het veld Waarde het telefoonnummer waarnaar outbound oproepen moeten worden opgeschort, of de waarde die moet overeenkomen met de waarde in de kolom die u voor het oproeponderdrukkingsscript hebt ingesteld. Typ het nummer zonder speciale opmaak.

  5. Gebruik de velden Startdatum en -tijd en Einddatum en -tijd om in te stellen gedurende welke periode u de oproepen naar het nummer wilt onderdrukken.

  6. Klik op Volgende.

  7. Als u oproepen vanuit alle ACD-skillsGesloten Skills worden gebruikt om de aanlevering van interacties te automatiseren op basis van de vaardigheden, capaciteiten en kennis van de agent in de bedrijfseenheidGesloten Een organisatorische eenheid die wordt gebruikt om technische ondersteuning, facturering en globale instellingen voor uw CXone-omgeving te beheren wilt onderdrukken, voeg dan geen ACD-skills toe aan de oproeponderdrukkingsrecord.
  8. Als u wilt dat alleen bepaalde skills hun oproepen of berichten naar de geselecteerde records onderdrukken, selecteert u die skills in de tabel Skills toevoegen. Klik op Skills toevoegen.

  9. Klik op Maken.

Oproeponderdrukkingrecords massaal uploaden

Vereiste machtigingenOproeponderdrukking Maken

Als u afzonderlijke oproeponderdrukkingsrecords hebt gemaakt, kunt u deze stap overslaan.

  1. Klik op de app-kiezer en selecteerACD.

  2. Ga naar Lijsten > Oproeponderdrukking.

  3. Klik op Nieuwe maken > Meerdere records beheren.

  4. Klik op Sjabloon downloaden. Laat deze pagina open, zodat u er later naar kunt terugkeren.

  5. Open de sjabloon in een spreadsheetprogramma of teksteditor.

  6. Typ onder de koptekst- en uitlegrijen de gegevens van de nieuwe records, elk in een aparte rij.

  7. Sla het bestand op uw computer op als een CSV- of XLSX-bestand.

  8. Ga terug naar de pagina Meerdere records beheren in CXone. Klik op Bestand kiezen. Vind en selecteer het bestand dat u zojuist hebt gemaakt.

  9. Selecteer het Bestandstype dat overeenkomt met de bestandsextensie die u gebruikt hebt om het bestand op te slaan.

  10. Selecteer Alle rijen bij Rijen om op te nemen.

  11. Klik op Bestand uploaden.

  12. Als er fouten worden weergegeven op de pagina Resultaten van gegevensbestand, moet u die fouten corrigeren. De ID's van de ACD-skills voor de records zijn bijvoorbeeld ongeldig. Om dit op te lossen, corrigeert u de skill-ID's in het bestand, klikt u op Terug en uploadt u het bestand opnieuw.

  13. Als er geen fouten worden weergegeven, klikt u op Sluiten.